De Tachtigjarige Oorlog. Van opstand naar geregelde oorlog, 1566-1648, Petra Groen (red.)

Reviewer: Joost Westerweel

Petra Groen (redactie), Olaf van Nimwegen, Ronald Prud’homme van Reine, Louis Sicking en Adri van Vliet, De Tachtigjarige Oorlog. Van opstand naar geregelde oorlog, 1566-1648.

Uitgeverij Boom: Amsterdam 2013
ISBN: 9789461054753

Hardcover, geheel in kleur en rijk geïllustreerd, met notenapparaat, namenregister, bronnen- en literatuuroverzicht.

496 pagina’s
€39, 90

Voor ieder wat wils
Als het boek De Tachtigjarige Oorlog. Van opstand naar geregelde oorlog, 1566-1648 moet worden samengevat in één zin, dan zou ‘voor ieder wat wils’ een goede kandidaat zijn. Of de lezer namelijk een generalist is, of juist iemand die ervan houdt de details in te duiken, of simpelweg iemand is die van mooie afbeeldingen houdt, dit boek biedt het allemaal. Het is geschreven in het kader van de reeks Militaire Geschiedenis van Nederland, waarvan uiteindelijk zes delen zullen verschijnen die, zoals de naam al zegt, de gehele militaire geschiedenis van Nederland vanaf de Tachtigjarige Oorlog tot nu zullen bestrijken. In dit eerste deel behandelen de auteurs de vraag hoe het mogelijk was dat de Nederlandse gewesten en later de Republiek militair staande konden blijven tegen het toenmalige machtigste rijk van Europa, namelijk het Spaanse rijk. Uiteraard is hierover al het nodige geschreven in de loop van de tijd. Wat dit boek echter uniek maakt is dat de antwoorden op de kernvragen naar het hoe en waarom van het militair handelen gezocht worden, in de woorden van de auteurs: ‘in de combinatie van politieke, economische, sociale en culturele factoren die tezamen ons inziens het doel, de middelen en het denken over het militaire optreden bepaalden’ (p. 9).
Het vrij lijvige boek is voor de overzichtelijkheid opgedeeld in twee delen. Het eerste deel behandelt de periode vanaf 1566, de Beeldenstorm, tot 1588, het vergaan van de Spaanse Armada. Gedurende deze periode kan er volgens de auteurs nog niet gesproken worden van geregelde oorlogsvoering om de Nederlanden, maar moet het verzet getypeerd worden als een opstand. In het tweede deel behandelen de auteurs de periode 1588-1648, waarin er wel sprake is van een geregelde oorlog. Beide delen hebben grofweg eenzelfde opzet. Eerst wordt een overzicht gegeven van de gebeurtenissen in beide perioden, waarna wordt ingezoomd op de strategieën, tactieken en ontwikkelingen van respectievelijk het leger en de vloot, om, ten slotte, te eindigen met een analyse van de organisatie en financiering van leger en vloot. Hoewel in de hoofdstukken uiteraard de nadruk ligt op de ‘Nederlandse’ kant van de strijd is er ook oog voor de perikelen aan de Spaanse kant. Met in het achterhoofd de vraag die de auteurs willen beantwoorden is dit natuurlijk ook logisch. Een afdoende beantwoording daarvan kan niet gegeven worden zonder enige aandacht te besteden aan de verschillende andere oorlogsfronten waar de Spaanse koningen bij betrokken waren. Dit alles kan evenwel leiden tot een overdosis aan informatie. Daarom is het erg prettig dat aan het einde van elk hoofdstuk een conclusie is opgenomen waarin de belangrijkste bevindingen nog eens worden herhaald.
Hoewel de dikte van het boek anders doet vermoeden is het niet vreselijk lang, namelijk 440 pagina’s aan tekst. Deze lengte wordt verder verminderd door het veelvuldige gebruik van afbeeldingen en kaarten in de tekst. De gebruikte afbeeldingen en kaarten verdienen bijzondere vermelding want ze zijn werkelijk van schitterende kwaliteit. Prenten, gravures, etsen, tekeningen, schilderijen, werkelijk alles is uit de kast getrokken om het werk te illustreren, wat tot een schitterend en tot de verbeelding sprekend resultaat heeft geleid. Wellicht dat de wat algemener geïnteresseerde lezer het na een zoveelste stadsaanzicht of belegeringsoverzicht wel een keer genoeg vindt, maar voor de lezer die geïnteresseerd is in details vormen de afbeeldingen een waar paradijs.
Naast de rijke illustraties verdient ook het laatste hoofdstuk, de aard van de strijd, speciale vermelding. Alle voorgaande hoofdstukken lezen prettig en zijn interessant, maar zijn voor de niet-militaire historici onder de lezers wellicht ietwat te militair georiënteerd. Nu is dit natuurlijk niet minder dan logisch bij een reeks getiteld de Militaire Geschiedenis van Nederland. Het is, echter, het laatste hoofdstuk dat een speciale theoretische laag aanbrengt onder het geheel. Legitimiteit, limitering en regulering van de strijd staan centraal. Daarbij worden vragen beantwoord als: welke redenen om een oorlog aan te gaan achtten partijen legitiem? Welke grenzen stelden zij aan het gebruik van geweld? Welke militaire conventies en tradities hanteerden zij in de land- en zeeoorlog? Bij de beantwoording van deze vragen toetsen de auteurs de theorie aan de praktijk. Dit hoofdstuk vormt zodoende als het ware het sluitstuk van het boek, waarin de praktijk met de theorie wordt verbonden. Een legitieme vraag zou kunnen zijn waarom dit hoofdstuk niet aan het begin van het boek is opgenomen, zodat de lezer vanuit de theorie de praktijk kan benaderen in plaats van andersom. Dit zou echter niet stroken met de opzet van het boek om eerst de daadwerkelijke situatie te beschrijven en analyseren en daarna pas te onderzoeken hoe deze zich verhield tot de theorie. Hoewel de nadruk in het boek dus niet op de theorie ligt vormt het hoofdstuk een goede aanvulling op de rest van het werk en zal het vooral voor de algemener geïnteresseerde lezer een welkome afwisseling zijn.
Een laatste noemenswaardig aspect van het boek vormt de prijs. Toen ik voor deze recensie de prijs van het boek opzocht was ik verbaasd door het geringe bedrag. Voor zo’n rijk geïllustreerd, omvangrijk en algemeen must have-karakter van het boek is 40 euro geen prijs. Niemand zou zich voor die prijs moeten laten weerhouden van het aanschaffen van dit boek.
De Tachtigjarige Oorlog. Van opstand naar geregeld oorlog, 1566-1648 is, concluderend, niet alleen een aanrader voor militaire historici die een up-to-date werk willen over het verloop van de strijd, maar ook voor geïnteresseerden die eenvoudigweg meer wil weten over deze zeer boeiende en belangrijke periode in de vaderlandse geschiedenis. Door al het geweld rondom de viering van het tweehonderdjarig bestaan van het Koninkrijk zouden we bijna vergeten dat er een periode aan vooraf ging die minstens net zo vormend is geweest voor het huidige Nederland. Mijns inziens is het tijd deze periode opnieuw voor het voetlicht te brengen en dit boek geeft daarvoor een goede aanzet.

Joost Westerweel